Перевод: с французского на нидерландский

с нидерландского на французский

С нидерландского на:
Французский
С французского на:
Нидерландский

van band

Толкование Перевод

1 éclater

éclater [eeklaatee]

I    〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 (uit elkaar) barsten ⇒ springen, ontploffen, klappen 〈 van band〉

2 losbarsten ⇒ uitbarsten, uitbreken

3 uiteenvallen ⇒ opgedeeld worden, zich splitsen

4 duidelijk zichtbaar worden, zijn

5 〈figuurlijk; informeel〉 doorbreken ⇒ plotseling beroemd worden

♦voorbeelden:

1    bourgeons qui éclatent • bloemknoppen die openspringen

〈 figuurlijk〉 ça va éclater • de bom barst

2    sa colère éclata • hij, zij ontstak in woede

la Marseillaise éclata • plotseling weerklonk de Marseillaise

la salle éclata (en applaudissements) • het applaus barstte los in de zaal

4    la joie éclata sur son visage • de vreugde straalde van zijn, haar gezicht af

¶    éclater de santé • in blakende welstand verkeren

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 〈 planten〉 stekken

III s'éclater 〈 wederkerend werkwoord〉〈 informeel〉

1 zich kostelijk amuseren

♦voorbeelden:

1    s'éclater comme une bête • uit zijn bol gaan

v

1) (uit elkaar) barsten, ontploffen

2) klappen [band]

3) losbarsten

4) uiteenvallen, zich splitsen

5) duidelijk zichtbaar zijn

6) plotseling beroemd worden

Dictionnaire français-néerlandais > éclater
2 crevaison

crevaison [krəvezzõ]

〈v.〉

1 (het) springen 〈 vooral van band〉 ⇒ 〈 ook〉 lekke band, bandenpech

2 〈 informeel〉 (het) creperen ⇒ dood, uitputting

♦voorbeelden:

2 quelle crevaison! • we waren kapot!

f

1) lekke band

2) (het) creperen, uitputting

Dictionnaire français-néerlandais > crevaison
3 crevé

crevé [krəvee]

〈 bijvoeglijk naamwoord〉〈 informeel〉

1 kapot ⇒ (dood)op, (bek)af

2 kapot 〈 vooral van band〉

3 dood ⇒ gecrepeerd

adj

1) kapot

2) lek [band]

3) doodop

4) dood

Dictionnaire français-néerlandais > crevé
4 dégonfler

dégonfler [deegõflee]

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 slinken ⇒ kleiner worden

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 〈 band, ballon〉 laten leeglopen ⇒ 〈 zwelling〉 minder doen worden

2 〈 overdreven pretenties〉 doorprikken ⇒ 〈belang enz.〉 verkleinen

♦voorbeelden:

¶ dégonfler les prix • de prijzen doen dalen

III se dégonfler 〈 wederkerend werkwoord〉

1 leeglopen 〈 van band, ballon〉

2 〈 informeel〉 de moed verliezen

1. v
1) slinken

2) laten leeglopen

3) doorprikken, ontmaskeren

4) verkleinen
2. se dégonfler
v

1) leeglopen

2) terugkrabbelen, de moed verliezen

Dictionnaire français-néerlandais > dégonfler
5 éclatement

éclatement [eeklaatmã]

〈m.〉

1 (het) barsten ⇒ ontploffing, (het) uiteenspringen, (het) klappen 〈 van band〉

2 〈 figuurlijk〉 ontplooiing ⇒ ontluiking

3 〈 figuurlijk〉 (het) uit elkaar vallen ⇒ scheuring, splitsing

m

1) (het) barsten, ontploffing

2) klapband

3) ontluiking, opbloei

4) schisma

Dictionnaire français-néerlandais > éclatement
6 crever

crever [krəvee]

I    〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 barsten ⇒ opengaan, door-, losbreken, (open)springen

2 een lekke band krijgen

3 doodgaan 〈 van plant, dier〉 ⇒ 〈 informeel〉 creperen 〈 van mens〉 ⇒ stikken 〈door hitte enz.〉 ⇒ sterven

4 〈+ de〉 barsten (van) ⇒ stikken (van), bulken (van)

♦voorbeelden:

1    nuage qui crève • wolkbreuk

faire crever du riz • rijst laten wellen

3    crever la faim • doodgaan van de honger

〈 informeel〉 je la crève • ik rammel van de honger

crever d' ennui • zich doodvervelen

4    crever de graisse, d' embonpoint, dans sa peau • moddervet zijn

crever de jalousie • stikjaloers zijn

crever de santé • blaken van gezondheid

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 kapotmaken ⇒ (door)breken, openmaken, een gat maken in

2 〈 informeel〉 afpeigeren ⇒ 〈 paard〉 doodrijden

♦voorbeelden:

1    ça vous crève le coeur • dat is hartverscheurend

crever un pneu • een band kapotsteken

  → écran, oeil, paillasse, panse, peau, plafond

III se crever 〈 wederkerend werkwoord〉

♦voorbeelden:

¶    se crever au travail • zich kapot werken

v

1) barsten, opengaan

2) een lekke band krijgen

3) doodgaan, creperen

4) stikken (van)

5) een gat maken (in)

6) afpeigeren

Dictionnaire français-néerlandais > crever
7 volume

volume [volluum]

〈m.〉

1 volume ⇒ omvang

2 inhoud

3 deel

4 〈 wiskunde〉 lichaam

5 ruimte ⇒ plaats

6 omvang ⇒ hoeveelheid, grootte

7 volume 〈 van stem, radio〉 ⇒ sterkte 〈 van geluid〉 ⇒ geluid

8 band ⇒ boekdeel 〈 in één band〉

♦voorbeelden:

3    trois volumes d'eau pour un d'alcool • drie delen water op één deel alcohol

5    faire beaucoup de volume • veel plaats innemen

7    volume sonore • geluidssterkte

8    dictionnaire en six volumes • zesdelig woordenboek

m

1) volume, omvang

2) inhoud

3) deel

4) band [boek]

5) ruimte

6) geluidssterkte

Dictionnaire français-néerlandais > volume
8 ceinture

ceinture [sẽtuur]

〈v.〉

1 riem ⇒ ceintuur, gordel, band 〈 van broek, rok〉

2 middel 〈 van lichaam〉 ⇒ taille

3 omsluiting ⇒ omheining, ring

♦voorbeelden:

1    ceinture de maire • burgemeesterssjerp

ceinture de sécurité • veiligheidsgordel

〈 judo〉 être ceinture noire • de zwarte band hebben

〈 luchtvaart〉 attachez vos ceintures! • maak uw veiligheidsgordel vast!; 〈 figuurlijk〉wees voorzichtig!

desserrer sa ceinture • zijn riem een gaatje verzetten

〈 figuurlijk〉 se mettre, se serrer la ceinture, faire ceinture • de buikriem aanhalen

2    coup au-dessous de la ceinture • stoot onder de gordel

3    ceinture verte • groengordel, -strook 〈 om een stad〉

¶    ceinture! • helemaal niets!

f

1) gordel, riem, ceintuur

2) kring, omheining

Dictionnaire français-néerlandais > ceinture
9 ruban

ruban [ruubã]

〈m.〉

1 lint ⇒ band, strook

2 ordelint

♦voorbeelden:

1    ruban adhésif • plakband

ruban bleu • blauwe wimpel

ruban encreur d'une machine à écrire • schrijfmachinelint

ruban magnétique • geluidsband; 〈 computer〉 magneetband

ruban perforé • ponsband

2    ruban rouge • lint van het Legioen van Eer

  → mètre

m

1) lint

2) band, strook

3) ordelint

Dictionnaire français-néerlandais > ruban
10 changement

changement [sĵãzĵmã]

〈m.〉

1 verandering ⇒ wisseling, wijziging

♦voorbeelden:

1 avoir besoin d'un changement d'air • er eens tussenuit moeten

changement de décor • 〈 figuurlijk〉plotselinge verandering, ommekeer

changement de forme • gedaanteverwisseling

changement de roue • (het) verwisselen van een band

changement de vitesse(s) • versnelling, derailleur 〈 van fiets〉; versnellingsbak 〈 van auto〉

changement à vue • decorwisseling bij open doek; 〈 figuurlijk〉plotselinge, radicale verandering

aimer le changement • van afwisseling houden

changement en mieux, en mal • verandering ten goede, ten kwade

sans changement • ongewijzigd

m

verandering, wisseling, wijziging

Dictionnaire français-néerlandais > changement
11 couverture

couverture [koevertuur]

〈v.〉

1 deken

2 omslag ⇒ kaft 〈 van boek, schrift〉 ⇒ band, cover

3 (dak)bedekking ⇒ dak

4 〈 leger〉 dekking ⇒ bufferzone

5 〈 economie〉 dekking

6 〈 formeel〉 dekmantel ⇒ schijn, voorwendsel

7 (het) verslaan van een gebeurtenis 〈 door journalist〉

8 〈 geologie〉 dekblad

♦voorbeelden:

1 couverture chauffante • elektrische deken

amener, tirer la couverture à soi • zich het grootste, beste deel van iets toe-eigenen

5 couverture sociale • sociale zekerheid

cette assurance présente une couverture à 80% • deze verzekering dekt 80% van de schade

f

1) bedekking

2) deken

3) omslag, kaft

4) dakbedekking

5) dekking

6) dekmantel, schijn

7) (het) verslaan [nieuws]

8) dekblad, deklaag [geologie]

Dictionnaire français-néerlandais > couverture
12 bande

bande [bãd]

〈v.〉

1 reep 〈 stof, leer, papier, metaal enz.〉 ⇒ band, strip

2 baan ⇒ strook, band

3 〈 biljarten〉 band

4 bende ⇒ troep, groep

♦voorbeelden:

1    bande de journal • wikkel 〈 ter verzending van krant, tijdschrift〉

bande de mitrailleuse • patroonband

bande de toile • verband, windsel

bande Velpeau • zwachtel, rekverband

bande élastique • rekverband

bande magnétique • magneetband, bandje, tape

bande sonore • geluidsband, soundtrack

2    bande d'accès • invoegstrook

bande d'arrêt d'urgence • vluchtstrook 〈m.b.t. autosnelweg〉; 〈 Algemeen Zuid-Nederlands〉 pechstrook

bandes d'une chaussée • rijstroken

chaussée à trois bandes • driebaansweg

bande dessinée • strip

4    bande d'amis • stel vrienden

〈 pejoratief〉 bande d'idiots! • stelletje stommelingen!

bande de loups • roedel wolven

être de la bande • erbij horen

aller en bande • met z'n allen gaan

faire bande à part • zich afzonderen

¶    donner de la bande • slagzij maken

〈 figuurlijk〉 prendre qn., faire qc. par la bande • iemand, iets indirect benaderen

f

1) reep, band

2) baan, strook

3) bende, troep, groep

Dictionnaire français-néerlandais > bande
13 collier

collier [koljee]

〈m.〉

1 (hals)ketting ⇒ halssnoer, halsband 〈 ook van dier〉

2 ambtsketen ⇒ orde-, halsketen

3 ringbaardje

4 〈 techniek〉 beugel ⇒ kraag, ring, band

5 halsjuk ⇒ gareel

♦voorbeelden:

1    collier étrangleur • wurgband 〈 van hond〉

3    barbe en collier • ringbaard

4    collier de serrage • klembeugel

5    cheval de collier • trekpaard

〈 figuurlijk〉 collier de misère • slavenwerk

franc du collier • 〈 van paard〉 willig; 〈 figuurlijk〉 frank en vrij

〈 figuurlijk〉 prendre le collier • aan de slag gaan

〈 figuurlijk〉 reprendre le collier • weer aan de slag gaan 〈vaak: met tegenzin〉

  → coup

m

1) halsketting

2) ordeketen

3) ringbaardje

4) beugel

5) gareel

Dictionnaire français-néerlandais > collier
14 copie

copie [koppie]

〈v.〉

1 kopie ⇒ afschrift, duplicaat, doorslag 〈 van schrijfmachine〉 ⇒ afdruk

2 〈 van kunstwerk〉 kopie ⇒ reproductie, nabootsing

3 〈 van werk〉 imitatie ⇒ nabootsing, navolging

4 〈 fotografie, film〉 kopie ⇒ afdruk

5 〈 onderwijs〉 huiswerk ⇒ (werk in) 't net

6 〈onderwijs; proefwerk〉 blaadje ⇒ vel (papier)

7 〈 boekwezen〉 kopij ⇒ handschrift

♦voorbeelden:

1    〈 computer〉 copie de sauvegarde, de sécurité • back-up

pour copie conforme • voor eensluidend afschrift

5    ramasser les copies après une épreuve • het werk ophalen na een proefwerk

remettre une copie blanche • een leeg blaadje teruggeven

7    〈 informeel〉 pisser de la copie • aan de lopende band schrijven

  → pisseur

f

1) kopie, afdruk

2) reproductie

3) imitatie, nabootsing

4) evenbeeld

5) kopij, handschrift [boek]

6) werk in 't net [huiswerk]

7) blaadje, vel (papier)

Dictionnaire français-néerlandais > copie
15 cordon

cordon [kordõ]

〈m.〉

1 snoer ⇒ touw(tje), lint, koord, band

2 reeks ⇒ rij, keten, linie 〈 van troepen〉 ⇒ kordon 〈 van politieagenten, soldaten〉

3 ordelint ⇒ ordeband

4 〈 anatomie〉 streng ⇒ uitstekende pees

5 〈 techniek〉 snoer ⇒ draad

6 kartelrand 〈 van munt〉

♦voorbeelden:

1    cordon de sonnette • schellekoord

cordons de souliers • schoenveters

desserrer les cordons de sa bourse • geld voor de dag halen

tenir les cordons de la bourse • het geld, de kas beheren

tirer les cordons des sonnettes • overal aankloppen

4    cordon médullaire • ruggenmerg

cordon ombilical • navelstreng

couper le cordon • de navelstreng doorknippen

¶    cordon littoral • smalle kuststrook

m

1) touw, koord

2) snoer, draad [elektriciteit]

3) reeks, rij

4) linie [troepen]

5) kordon [politie]

6) ordeband, lint

7) uitstekende pees

8) kartelrand [munt]

Dictionnaire français-néerlandais > cordon
16 laisse

laisse [les]

〈v.〉

1 lijn 〈 van dier〉 ⇒ riem, band

♦voorbeelden:

1 mener, tenir en laisse • aan de lijn, aangelijnd houden

〈 figuurlijk〉 mener, tenir qn. en laisse • iemand aan de leiband laten lopen

f

lijn, riem, band

Dictionnaire français-néerlandais > laisse
17 adhérent

adhérent [aadeerã]

〈bijvoeglijk naamwoord; ook m.〉

1 (vast)klevend (aan)

2 aangesloten (bij) 〈 lid zijnde (van)〉

♦voorbeelden:

1 pneu très adhérent à la route • band met een goede grip op de weg

2 un adhérent • lid 〈 van vereniging〉

Dictionnaire français-néerlandais > adhérent
18 attaché

attache [aataasĵ]

〈v.〉

1 band ⇒ riem, touw, lus

2 (hecht)klem ⇒ (paper)clip, speld, nietje

3 sluiting ⇒ slot, haak(je)

4 aanhechting(splaats)

5 〈 meervoud〉 polsen en enkels

6 〈 meervoud〉 banden ⇒ betrekkingen, relaties

♦voorbeelden:

1    chien d'attache • kettinghond

être à l'attache • aangelijnd zijn, aan de ketting liggen; 〈 figuurlijk〉 gebonden zijn

mettre à l'attache • aan de ketting leggen

tenir qn. à l'attache • iemand onder de duim houden

  → point, port

3    attache de sécurité • veiligheidssluiting

1. m (f - attachée)
attaché
2. = attachée; attaché
adj

1) gehecht (aan), gesteld (op)

2) afhankelijk (van)

3) vastgebonden (aan)

Dictionnaire français-néerlandais > attaché
19 bandeau

bandeau [bãdoo]

〈m.〉

1 hoofdband ⇒ haarband, band van hoofddeksel

2 blinddoek

♦voorbeelden:

2 〈 figuurlijk〉 avoir un bandeau sur les yeux • blind zijn voor iets

m

1) blinddoek

2) haarband

Dictionnaire français-néerlandais > bandeau
20 série

série [seerie]

〈v.〉

1 reeks ⇒ rij, serie, opeenvolging

♦voorbeelden:

1 bâtiments de même série • zusterschepen

série de clefs • stel, set sleutels

série Harlequin • boeketreeks

série noire • zwarte reeks 〈 serie detectives〉; reeks van rampen, ongelukken

〈 industrie〉 de série • in serie gemaakt

en série • 〈 techniek〉 seriegeschakeld; 〈 industrie〉 aan de lopende band

hors série • apart gemaakt, buitengewoon

c'est tout à fait hors série • dat is zeer bijzonder, zeer exclusief, uitzonderlijk

→ fin

f

1) reeks, serie

2) serie

Dictionnaire français-néerlandais > série

Страницы

См. также в других словарях:

De Van (band) — De Van Origin Stockholms län, Stockholm, Sweden Genres Hard rock, heavy metal, nu metal Years active 2008–present Website … Wikipedia
Van Halen (Album) — Van Halen Studioalbum von Van Halen Veröffentlichung 1978 (CD: 1984[1]) Label … Deutsch Wikipedia
Van Morrison — (2007) Van Morrison (* 31. August 1945 in Belfast; eigentlich George Ivan Morrison) ist ein nordirischer Musiker, Sänger und Komponist. Inhaltsverzeichnis … Deutsch Wikipedia
Van-de-Graaff-Generator — für Demonstrations und Unterrichtszwecke … Deutsch Wikipedia
Van Halen III — Studio album by Van Halen Released March 17, 1998 … Wikipedia
Van Atta High — (or VAH) was a four member rock band from New Jersey, formed in 2006, and disbanded on May 14, 2010. Contents 1 History 2 The End of VAH 3 Members 3.1 Past members … Wikipedia
Van Canto — Gründung 2006 Genre Metal, A cappella Website http://www.vancanto.de/ Gründungsmitglieder Lead Stimme Philip Dennis „Sly“ Schunke Lead Stimme Inga Scharf … Deutsch Wikipedia
Van Gogh (disambiguation) — Van Gogh or van Gogh may refer to:People* Vincent van Gogh (1853 ndash;1890), Post Impressionist Dutch painter * Theo van Gogh (art dealer) (1857 ndash;1891), art dealer and brother of Vincent van Gogh * Theo van Gogh (film director) (1957… … Wikipedia
Van Halen II — Studio album by Van Halen Released March 23, 1979 … Wikipedia
Van Dyke Parks — (* 3. Januar 1943 in Hattiesburg, Mississippi, USA) ist ein erfolgreicher Sessionmusiker, Komponist, Liedtexter, Musikproduzent und Arrangeur. Biografie Van Dyke Parks wurde in eine wohlhabende Familie hineingeboren. Schon als Kind trat er in… … Deutsch Wikipedia
Van-Allen-Gürtel — Van Allen Strahlungsgürtel Der Van Allen Strahlungsgürtel (benannt nach James van Allen) ist ein Ring (Torus) energiereicher geladener Teilchen, die durch das magnetische Feld der Erde eingefangen werden. Diese Teilchen stammen überwiegend vom… … Deutsch Wikipedia

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: с французского на нидерландский

van band

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: с французского на нидерландский

van band

См. также в других словарях:

Поделиться ссылкой на выделенное

Прямая ссылка: